Bomen­be­leidsplan


Indiendatum: apr. 2019

Vragenronde agendapunt 3 raadsvergadering 10 april 2019

Betreft: bomenbeleidsplan, vragen aan het college.

Uw kenmerk: Z/19/082997/D-234361

Op 5 februari 2019 heeft uw college mijn vervolgvragen over het bomenbeleidsplan deels beantwoord. Na mijn inleiding hieronder stel ik aan het slot twee vragen.

De definitie die u geeft voor een bomenbeleidsplan (antwoord vraag 1) in relatie tot de noodzakelijke cultuuromslag (antwoord vraag 5) behelst méér dan alleen de diversiteit van bomen. In een bomenbeleidsplan moeten bijvoorbeeld ook regels worden opgenomen over:

  • de criteria op grond waarvan een boom behouden moet worden of gekapt kan worden;
  • welke bomensoorten zeldzaam zijn, belangrijk zijn voor insecten en bijen;
  • het koesteren van langzaamgroeiers die als zij eenmaal volwassen zijn daarmee een grote waarde vertegenwoordigen;
  • een uitleg aan de inwoners en ambtenaren van Westerwolde waarom bomen in het algemeen en in het bijzonder voor Westerwolde belangrijk zijn, zoals:
    • zuurstofproductie;
  • opslag CO2;
  • broed, woon, schuil en voederplaats voor vogels en dieren;
  • vasthouden van grond zodat die niet uitspoelt en daarmee verarming voorkomt.
  • het voorkomen van kaalslag op een voor de natuur onwenselijk moment.
    • als gevolg van kaalslag verdwijnen schuilplaatsen voor wild (voor bijvoorbeeld de kalfjes van reeën);
  • een massale kap in het voorjaar van berken, wilgen, meidoorn, sleedoorn, hazelaar, elzen, esdoorns is funest voor vlinders en bijen die afhankelijk zijn van bloesems en vruchten van deze bomen en struiken.
  • Het betrekken van IVN of andere natuurorganisaties die specialisten zijn in het vormgeven en het uitvoeren van het beleid;
  • de bodem waar de gekapte bomen stonden wordt vaak gefreesd waardoor bodemleven en jonge aanplant geen schijn van kans meer heeft te herstellen. Gelet op de door de raad vastgestelde Visie Duurzaamheid zou dit niet meer mogen gebeuren;
  • De habitat van marterachtigen wordt vernietigd terwijl zij een belangrijke rol spelen in het verdelgen van muizen en ratten;
  • De plek van herplant van (laan)bomen langs de weg;
  • Het voorkomen van bomensterfte als gevolg van het afzagen van armen en dikke takken;

Juist omdat bovengenoemde aspecten zo breed en zo belangrijk zijn, ben ik van oordeel dat de raad in het traject dat moet leiden tot de vaststelling van het bomenbeleidsplan tussentijds meegenomen moet worden. Bovenstaande inleiding op mijn vragen heb ik bewust uitgebreid van argumenten voorzien, om daarmee aan te tonen dat het noodzakelijk is dat de raad in de gelegenheid gesteld wordt de door hem gewenste kaders te stellen voor dit bomenbeleidsplan. Het is niet praktisch om in de raadsvergadering van 25 september 2019 een “kant en klaar” bomenbeleidsplan aan de raad voor te leggen waar alleen “ja” of “nee” tegen gezegd kan worden.

VRAAG 1: wanneer is of wordt het Instituut voor Natuureducatie en duurzaamheid Nederland (IVN) door het college betrokken bij het opstellen van het bomenbeleidsplan?

VRAAG 2: wat zijn de overwegingen van het college om de raad niet met tussenrapportages mee te nemen bij het tot stand komen van het bomenbeleidsplan?

Met vriendelijke groet,

Edith van der Horst,

fractievoorzitter.

Interessant voor jou

Vragen betreft Uitbreiding Bio Melkgeitenbedrijf Ter Apel

Lees verder

Verruiming decibellen

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer