Schrif­te­lijke vragen gericht aan het college over camping Wedder­bergen

Indiendatum: sep. 2018

1. In de beantwoording van 12 maart 2018 geeft het college als antwoord op vraag 1 aan dat er vanuit de camping nog geen opdracht is gegeven voor een onderzoek. Het college zegt letterlijk het volgende:

De camping heeft een concrete locatie op het oog en een offerte gevraagd om deze locatie op geschiktheid te beoordelen. Omdat de camping ook nog andere locaties op het oog heeft, heeft de camping nog geen opdracht gegeven dit onderzoek uit te voeren.

Er is echter een rapport van 27-6-2017 (zie bijlage) met opdrachtgever de campingeigenaar Fluttert, opgesteld door bureau Eelerwoude. Het collega gaat echter in de beantwoording niet in op dit rapport.

Vragen :

1.Heeft de campingeigenaar inmiddels opdracht gegeven voor een onderzoek ?

- En zo ja, is er al een eindrapport, of wanneer wordt dit verwacht ?

- Door wie wordt het onderzoek uitgevoerd ?

- Als er een eindrapport is, wat is dan de conclusie ? Ook zou de fractie van de PvdD dit rapport graag ontvangen.

2. Welke ander locaties heeft de camping op het oog ?

2. Verder geeft het college als antwoord op vraag 2 aan:

De gemeente is in afwachting van de door camping beoogde locatie voor denatuurcompensatie en de resultaten van het onderzoek naar de geschiktheid van deze locatie.

Vraag :

3. Om welke locatie gaat het precies ?

- Is er inmiddels contact geweest met de campingeigenaar over dit onderzoek en de uitkomst of gaat dit nog plaatsvinden ?​3. In de reactie van het college op het handhavingsverzoek staat het volgende:

Wij zijn van oordeel dat de thans verrichte aanlegactiviteiten, in samenhang met het feit dat het betreffende perceelgedeelte niet wordt gebruikt als standplaats voor kampeermiddelen, niet in strijd zijn met de in lid 10.1, 25.1 en 28.1 opgenomen bestemmingsomschrijvingen. Bovendien doen deze activiteiten geen onevenredige afbreuk aan de natuurlijke en landschappelijke waarden van de gronden, de archeologische waarden van het gebied en de waterbergende functie van de gronden.

Wij worden in dit oordeel gesterkt door de (externe) onderzoeken die naar deze aspecten zijn uitgevoerd.

Vraag :

4. Het college verwijst naar (externe) onderzoeken waaruit blijkt dat er geen onevenredige afbreuk gedaan wordt aan de landschappelijke waarden en gronden. Naar welke (externe) onderzoeken verwijst het college precies en de fractie van de PvdD zou deze onderzoeken graag ontvangen.

4. Verder geeft het college aan dat de campingeigenaar bezig is met een nieuwe aanvraag die in een vergevorderd stadium verkeert.

Gelet hierop is het materieel voldoende zeker dat een omgevingsvergunning voor voormelde kap- en aanlegactiviteiten, indien aangevraagd, zal worden verleend, waardoor concreet zicht op legalisatie bestaat. Hierom zijn wij, gelet op de betrokken belangen, van mening dat in redelijkheid van handhavend optreden kan worden afgezien. In dit verband merken wij nog op dat Anjost B.V. bezig is met een nieuwe aanvraag voor de kap- en aanlegactiviteiten ten aanzien waarvan u om handhaving verzoekt. In die aanvraag wordt verder onder meer het van het bestemmingsplan afwijkend toekomstig gebruik van het perceelgedeelte als standplaats voor kampeermiddelen meegenomen. Deze aanvraag verkeert in een vergevorderd stadium.

Vraag :

5.In welk stadium verkeert de aanvraag op dit moment ?

Met vriendelijke groet,

Fractie Partij voor de Dieren Westerwolde